Céline van Gerner volgt haar hart

Oud-Olympisch turnster Céline van Gerner stopte in de zomer van 2019 met turnen. Een nieuwe tijd brak aan waarin ze op zoek ging naar nieuwe doelen. Van het volgen van het Krachtprogramma bij de Sportmaatschappij tot het maken van een grote reis. Helaas moest ze die vanwege het coronavirus vroegtijdig onderbreken, maar kwamen er al snel nieuwe uitdagingen op haar pad.

Vorig jaar augustus nam je afscheid van het turnen, hoe kijk je daar nu op terug?

Heel goed, ik sta nog steeds achter die keuze en ben blij dat het op deze manier is mogen gaan. Het afscheid in Heerenveen was heel mooi en ik kan er met plezier op terugkijken.

Er is veel veranderd sinds die tijd, hoe zag afgelopen 1,5 jaar er voor jou uit?

Dat klopt. Het begon al met opnieuw leren opstaan in de ochtend. Dat klinkt misschien raar, maar je bent zo gewend om volgens een vast ritme te leven, dat viel nu helemaal weg. Vrij snel na mijn afscheid ben ik het Krachtprogramma van de Sportmaatschappij gaan volgen, dat zorgde wel voor een stukje houvast. Daarna had ik het plan om voor langere tijd op reis te gaan, helaas werd die reis een stuk korter door het coronavirus.

Wat was het doel van je reis?

Vooral veel van de wereld zien, een bredere wereld, niet alleen qua landen maar ook qua cultuur en nieuwe mensen ontmoeten. Als sporter heb je toch een heel ander leven dan dat je het ‘gebaande’ pad volgt.

Vrij snel na mijn afscheid ben ik het Krachtprogramma van de Sportmaatschappij gaan volgen, dat zorgde wel voor een stukje houvast.

Mijn vrienden in Nederland zaten bijna allemaal in de topsport, het leek mij heel leuk om juist met andere mensen op te trekken voor een tijd en van elkaar te leren.

Wilde je ook loskomen van het turnen zelf?

Dat ook, daarom wilde ik ook het liefst veel langer op reis in eerste instantie. Maar ondanks dat ik eerder terug ben gekomen, heeft de reis mij heel goed gedaan en kon ik echt even loskomen van mijn oude wereldje. Ik weet nog toen ik hoorde dat de Spelen uit werden gesteld dat het met mij persoonlijk niet veel deed. Dat bevestigde nogmaals dat ik juiste keuze had gemaakt en los kon laten.

Je noemde het al even, het Krachtprogramma van de Sportmaatschappij, waarom besloot je om dat te gaan volgen?

In het begin twijfelde ik even, ik was echt net 1,5 week gestopt, dus misschien kwam het te vroeg. Maar tegelijkertijd voelde het ook als een soort stok achter de deur om met mezelf aan de slag te gaan.

Wat heb je over jezelf geleerd in het programma?

Voor mij hielp het om eens naar de andere kant te kijken. In plaats van altijd te kijken naar ‘wat wil ik?’, heb ik vooral inzichten gekregen over ‘wat wil ik absoluut niet?’. Ik vind vaak alles leuk, maar ben tegelijkertijd ook snel op dingen uitgekeken. Nu leerden we echt om te kijken waar onze kwaliteiten liggen en wat we belangrijk vinden in het leven. Die maanden waren best lastig. Je komt binnen zonder enig idee en gaat weg met best wel concrete plannen.

Welke plannen kwamen daaruit?

Ik wil graag mensen iets leren, inspireren, motiveren, begeleiden en/of coachen in een vorm waarbij grenzen verlegd kunnen worden en er persoonlijke ruimte is om te experimenteren. Dat klinkt heel breed, maar dat is wel waar ik de dingen die ik nu doe aan op wil hangen. Daarom stel ik mijzelf steeds de vraag; ‘draagt dit bij aan de contributie die ik wil leveren?’.

Naast dat je het Krachtprogramma zelf hebt gevolgd vorig jaar, ben je dit jaar als coach bij het programma aan de slag gegaan. Kun je daar wat meer over vertellen?

Afgelopen april kwam Sylvia Karres met de vraag of ik mee wilde lopen als coach. Dat vond ik meteen superleuk en pakte ik met beide handen aan. Toen ik zelf het programma volgde kwam duidelijk naar voren dat het stukje coaching en het motiveren en inspireren goed bij mij past.

Ik wil graag mensen iets leren, inspireren, motiveren, begeleiden en/of coachen in een vorm waarbij grenzen verlegd kunnen worden en er persoonlijke ruimte is om te experimenteren.

Vooral de manier waarop ik dat bij de Sportmaatschappij mocht doen sprak mij meteen aan. Ik kreeg veel ruimte om te leren en experimenteren. Van een sessie leiden tot aan het voeren van 1 op 1 gesprekken. Wat doe je, wat zie je, wat hoor je, hoe antwoord je daarop of juist niet? Voor mezelf was dat een heel interessant proces.

Wat was jouw specifieke rol?

Eigenlijk een beetje de rechterhand van Sylvia, ik mocht een sporter 1-op-1 begeleiden, maar ik heb ook een sessie geleid. Sylvia stelde mij continu de vraag; wat wil je doen en leren? En dat mocht ik dan meteen toepassen.

Wil je dat blijven doen?

Zeker, ik vind met name mensen met ambities een hele fijne doelgroep om mee te werken. Maar zeker ook de zogenoemde talenten leeftijd bijvoorbeeld. Het leuke is dat ik nu samen met de Sportmaatschappij daar een speciaal programma voor aan het ontwikkelen ben. Op die leeftijd sta je vaak nog aan het begin van een eventuele carrière en is er nog zoveel te leren. Veel oud-sporters kijken terug op die tijd dat ze het gevoel hebben dat ze toen iets gemist hebben of achteraf andere keuzes hadden willen maken. Wij willen ze daar graag, juist op jonge leeftijd, al bij helpen. Een stukje bewustwording hoe je met bepaalde zaken om kan gaan.

Heb je dat zelf gemist tijdens je talententijd?

Als ik terugkijk op mijn talententijd, had ik het heel leuk gevonden om dit soort dingen te horen van een oud-sporter en om nog meer te kunnen verbinden met sporters van mijn leeftijd uit andere takken van sport.

Ik heb het geluk gehad dat ik dingen wel altijd op een rijtje had, ik was een beetje een Einselgänger, ik kon mezelf wel redden. Momenten zoals de European Youth Olympics Festival (EYOF) of mijn eerste Olympische Spelen in Londen, waren hele waardevolle momenten. Daar zijn vriendschappen ontstaan uit veel verschillende takken van sport. Maar als je als sporter niet naar een EYOF of Spelen kan, mis je dat soort momenten. Dus ik heb het zelf niet per se gemist, maar had het wel graag als aanvulling willen volgen.

Mis je het turnen of is het een afgesloten hoofdstuk?

Voor een hele tijd was het turnen echt naar de achtergrond verdwenen. Ik heb het nooit gemist, ik ben heel blij met mijn keuze. Maar sinds een tijdje loop ik wel weer iedere dag op mijn handen, haha. En vind ik het ook leuk om bepaalde trainingen weer op te pakken. Laatst was ik in de turnhal in Heerenveen, dan merk ik wel dat ik het nog steeds heel gaaf vind en mijn hart nog steeds in het turnen ligt.

Er gebeurt veel momenteel in de turnwereld, hoe is dat voor jou als oud-turnster?

In het begin vond ik het heel lastig. Ik kan mij niet identificeren met de oude kern, maar ik zit ook niet meer bij de nationale ploeg. Dus ik stond er echt tussenin. Doordat ik nog veel contact heb met de huidige ploeg, ben ik vrij snel bij ze aangesloten. De afgelopen tien jaar heb ik alles met ze gedeeld en ben ik bij elke ontwikkeling geweest. Het voelde fijn om de situatie dan met elkaar te kunnen delen. De maatregelen hadden op mij persoonlijk natuurlijk geen invloed maar het deed me wel veel.

Laatst was ik in de turnhal in Heerenveen, dan merk ik wel dat ik het nog steeds heel gaaf vind en mijn hart nog steeds in het turnen ligt.

Het gaat over sporters en coaches waar ik van heel dichtbij mee heb gewerkt. Ik herken mijzelf niet in die situatie, maar daarmee ontken ik niet dat het vroeger anders was. Maar er is ook veel veranderd, anders had ik zelf nooit zo kunnen presteren.

Het coachen spreekt je aan, zien we je ooit als coach in de turnwereld terug?

Goede vraag, die vraag komt momenteel steeds vaker terug in mijn hoofd. Ik durf best te dromen van een eigen turnhal waarin ik de visie die ik heb uit kan dragen. Maar ik wil eerst vooral nog veel meer leren, veel meer doen, veel meer ontwikkelen in de breedste zin van het woord en dan zien we wel!

Lees het originele interview op Vrouwen in Sport!