De volkskrant zet ons op de agenda!

Bekijk het originele verhaal nu in De volkskrant! 

'Wie ben ik nog meer als ik ben gestopt?'

Veel ex-topsporters hebben moeite met de overgang naar een leven in de normale maatschappij. Oud-hockeysters Sylvia Karres en Arlette van der Meulen-van Cleeff helpen hen met De Sportmaatschappij.

DOOR ROBÈRT MISSET FOTO KLAAS JAN VAN DER WEIJ

Je bent gestopt met topsport na de Zomerspelen van Rio, maar je behoorde niet tot de medaillewinnaars, of je wist je niet eens te kwalificeren. De kater is nog nauwelijks verwerkt en het spookt alweer een maand door je hoofd: wat nu? Leuk die afgeronde studie, maar de bedrijven zien je niet staan. En je schrikt als je in de spiegel kijkt: wie ben ik eigenlijk zonder topsport? En wie helpt me?

Voormalig hockey-international Sylvia Karres, die zilver won op de Spelen van 2004 in Athene en wereldkampioen werd in 2006, herkent het dilemma van de gestopte topsporter. Ze richtte met oud-hockeyster Arlette van der Meulen-van Cleeff de stichting De Sportmaatschappij op om topsporters te begeleiden bij de overgang naar een tweede loopbaan. De kern: de nazorg moet al beginnen tijdens je sportcarrière.

De 39-jarige Karres: 'Elke topsporter stelt zichzelf de vraag: wie ben ik nog meer als ik ben gestopt?' Uit onderzoek van het Mulier Instituut, in opdracht van NOC*NSF, blijkt dat slechts 14 procent van de topsporters in Nederland de nazorg adequaat en toereikend acht.

Oud-voetbalster Leonne Stentler (30) voelde de leegte, nadat ze door een achillespeesblessure had moeten stoppen bij Ajax. Ze kon het moeilijk verwoorden. 'Ik dacht dat ik wist wat ik kon en wat ik wilde. Ik studeerde, had ervaring opgedaan op diverse werkplekken. Maar ik sloeg een traject over. Ik zocht in feite een nieuwe identiteit. Het was heftig.

'Als ik niet geblesseerd was geraakt, hoe ver was ik dan gekomen? Die vraag heb ik mezelf geregeld gesteld. Het was moeilijk te accepteren dat ik zo moest stoppen. Ik had het beeld voor ogen van toppers als judoka Edith Bosch, die stoppen op het hoogtepunt van hun carrière en daarna een prima leven leiden. Dat bleek toch anders te liggen.'

Karres: 'Lang niet alle sporters stoppen op hun hoogtepunt. En dan overheerst vaak de gedachte: heb ik het hiervoor gedaan? Dat ene moment van stoppen heeft je niet gevormd. Wij benadrukken het positieve aspect van een complete sportcarrière. Die moet je meenemen naar een volgende loopbaan en dat wordt vaak vergeten.'

Stentler: 'Het is de kunst te bepalen wat je carrière jou wel heeft gebracht. Toch is dat ook een drempel. Ik kon heel goed voetballen, maar wie was ik nu eigenlijk?' De nazorg begint bij de bonden, aldus oud-zwemmer Lennart Stekelenburg (29), die in 2012 stopte na de Spelen van Londen. 'Ik heb bijna twaalf jaar het topsportprogramma gevolgd bij de KNZB. Maar het persbericht, waarin mijn afscheid werd aangekondigd, was nagenoeg het laatste contact met de bond.'

Volgens Karres moeten sporters zich eerder voorbereiden op hun afscheid. 'Nadat ik was gestopt bij het Nederlandse hockeyteam ondervond ik dat er nauwelijks nazorg was. Waar moet je terecht? Ik moest het zelf uitzoeken. Er zijn nu wel instanties die je aan een baan helpen, maar dat is een kortetermijnoplossing. Voor een nieuw leven is meer nodig.'

Het bewustzijnsproces van sporters moet worden versneld om ze zachter te laten landen. Karres: 'Elke ex-topsporter zoekt een nieuwe identiteit. Ik was altijd die hockeyster. Toen ik stopte, wisten mensen ineens niet meer waarover ze met mij moesten praten. Wie was ik zonder hockey?'

De marges voor atleten om zich ook buiten hun sport te ontwikkelen worden steeds kleiner, constateert Karres. Het huidige topsportklimaat dwingt sporters tot een eendimensionaal bestaan. 'Die instelling bevordert de prestatie. Het nadeel is dat je minder tijd hebt om jezelf ook als mens te ontwikkelen. Dan is tien jaar topsport plotseling heel lang. Er ontstaat een gapend gat dat je niet zomaar kunt invullen als je eenmaal bent gestopt.'

Arlette van der Meulen, mede-oprichter van De Sportmaatschappij: 'Vaak kijken sporters alleen hoe ze studie en sport kunnen combineren. Dat is niet de juiste motivatie. Haal je er energie uit, sta je echt achter die studie? Heb je al een beeld van je nieuwe toekomst? Het begint voor jonge sporters al op de middelbare school. Welk profiel kies je? Sommige kinderen slaan dan al deuren dicht voor bepaalde studiekeuzen.'

Het Mulier Instituut berekende dat zesduizend scholieren tussen 12 en 18 jaar door NOC*NSF als topsporttalent worden erkend. Toch slaagt slechts 3 tot 5 procent als professioneel sporter. Van der Meulen: 'Het is de keerzijde van de toptienambitie van NOC*NSF. De groep afvallers wordt groter, de sporters beginnen op steeds jongere leeftijd en moeten er meer voor laten om aan die ambitie te voldoen. Zo kan een probleemgroep ontstaan.'

Het echec van de zwemmers op de Spelen van Rio is volgens Stekelenburg mede een gevolg van een te rigide focus op presteren. 'Het plezier heeft ontbroken bij de zwemmers. Er is bij de KNZB te weinig ruimte om je te ontwikkelen als mens. Tegen mij werd vaak gezegd: neem je rust. 'Het is niet goed als je 365 dagen per jaar alleen met zwemmen bezig bent. Dan neemt de gretigheid om je op andere gebieden te ontwikkelen wel af. De rek was eruit voor Rio, zeker in een seizoen met veel kwalificatiemomenten.'

Je zult halverwege de Spelen van Rio maar in de - fel omstreden - 'losersvlucht' voor uitgeschakelde hebben gezeten. Karres: 'Zeker als het je laatste toernooi is geweest. Dat stempel blijft aan je kleven. Er komen atleten bij ons met de vraag of ze wel topsporters zijn geweest. Zij waren jarenlang actief op het hoogste niveau, maar haalden Rio niet. Ook zij moeten straks terug naar de maatschappij.'

Van der Meulen: 'Welk voorbeeld geef je door sporters als losers te bestempelen, omdat ze geen medaille of klinkende erelijst kunnen overleggen? Draai het om, benadruk dat de sport een verrijking is geweest. Schilder ze niet af als mislukte sporters, maar zet ook voor hen de deur open.' 'We vragen ondernemers: wat zou jij doen als je nu ineens iets anders moet gaan doen? Je raakt je netwerk en je sociale omgeving kwijt. Maar je moet meteen elders beginnen, want je hebt geld nodig. Dan valt het kwartje wel.'

Karres voelt zich gesterkt door de visie van minister Schippers, die topsporters financieel en inhoudelijk wil ondersteunen bij hun stap naar een tweede carrière. 'Niet elke ex-topsporter valt in een zwart gat. Het gaat om het vinden van je plekje in de samenleving, waarmee elke twintiger wordt geconfronteerd. De topsporter doet het gemiddeld tien jaar later en moet er dus eerder op worden voorbereid.'

Worsteling uitspreken

In het Krachtprogramma van de stichting De Sportmaatschappij worden oud-sporters geconfronteerd met de emotionele, fysieke, sociale en financiële veranderingen na het beëindigen van hun topsportcarrière. Volgens de zogeheten Gestalt-methode delen ex-sporters hun ervaringen. 'Topsporters spreken uit waarmee ze na hun sportcarrière worstelen', aldus oprichter Sylvia Karres.

Het programma gaf oud-voetbalster Leonne Stentler een duwtje in de rug. 'Het was prettig om andere sporters te spreken met gelijksoortige ervaringen. Ik stond niet alleen. Het gaf me een veilig gevoel. De sport heeft me ook gered, ik kon actief blijven in het voetbal. Ik heb mijn eigen kledinglijn voor voetbalsters ontwikkeld. Maar ik had hulp nodig om mijn carrière positief te kunnen afsluiten.'

sylvia karres